Je baan opzeggen en fulltime bier gaan brouwen. Je moet het maar durven. Jules Oostendorp (26), medeoprichter van bierbrouwerij De Eeuwige Jeugd, flikte het. EN HOE. Binnen 1,5 jaar tijd lagen hun Bullebakjes en Lellebelletjes in 250 cafés in Amsterdam. En, natúúrlijk ook bij JOOST.! Meer dan genoeg reden voor een ‘speciaal’ bakkie met deze 20-something.
Hoe is het idee eigenlijk ontstaan om biertjes te gaan brouwen?
“Mijn compagnon (Thomas Oostdijk) werkte eerst bij een grote pilsbrouwer. Hij zag die markt van speciaal bier opkomen en dacht: hier moeten we iets mee doen. Hij raakte in gesprek met een brouwer, die brouwde al zo’n 10 jaar bier. Ook voor Brouwerij ‘t IJ. Hij vond het leuk om zelf eens een eigen bier te brouwen, zodat hij zijn creativiteit erin kwijt kon. Ze zochten nog iemand voor Marketing en toen ben ik ingestapt. Het werd al vrij snel serieus. Ik had ook wat spaarcenten en het leek mij leuk dit avontuur aan te gaan. Toen hebben we de koppen bij elkaar gestoken.”
Waar houd jij je allemaal mee bezig?
“Ik houd mij bezig met de Marketing en mijn compagnon met Sales. We regelen grotendeels samen het logistieke deel. Binnen een maand staat er een nieuw biertje op de kaart. Alle huisbieren die we maken, lopen heel hard. Zo maken wij voor 10 cafés in Amsterdam een eigen bier. Zoals de Ebelixer voor de Ebeling.”
‘Het begon als grapje, het was helemaal
niet de bedoeling dat het zo serieus zou worden’
En jullie noemden het: ‘De Eeuwige Jeugd?’
“Ja het schijnt dat wij de ‘verloren generatie’ zijn”, zegt hij met twee vingers in de lucht als metaforische aanhalingstekens. “Tja, daar zijn wij het niet helemaal mee eens. Wij zien het juist als de generatie met oneindig veel mogelijkheden. Misschien wel te veel. Er zijn alleen al duizend keuzes voor een studie. Toen dachten we, wat verbindt nou de verschillende generaties? Dat we eeuwig jeugdig blijven. Eerst was het: 60 is het nieuwe 50 en dat wordt steeds jonger. Inmiddels is het 30 is het nieuwe 20. Het is een beetje een knipoog naar de samenleving, van; blijf dingen doen die je leuk vindt en neem het allemaal niet te serieus. Een beetje een abstract verhaal, maar we vonden dat wel in één term goed samen komen in ‘De Eeuwige Jeugd.’ We hebben verschillende karakters bedacht, die jou kunnen helpen om dat te bewerkstelligen…”
Vertel…
“Kijk, we zeggen niet dat het een toverdrankje is, maar het kan je wel helpen om een bepaalde mindset te hebben. Bijvoorbeeld de Lellebel is een zoet biertje, beetje fruitig, die kan jou misschien iets meer helpen een Lellebel te worden. En een Gladjanus is een wat soepeler biertje, glijdt lekker naar binnen, kan jou misschien een beetje helpen iemand te versieren. De Bullebak is weer vrij zwaar bier, dat zegt de naam ook al, en daar wordt je ook een beetje nors van, hoog in alcohol. Zo hebben we een beetje geprobeerd de karakters aan het bier te koppelen, maar ook jou een zetje in de rug te geven om misschien iets te doen wat je anders niet zo snel zou doen.”
Wat was het moment dat je dacht: fuck it, ik zeg mijn baan op en ga bierbrouwen?
“Ik was aan het afstuderen en ik werkte voor de Verloning van een studentenuitzendbureau. Loonaangiften, pensioen aangiften, declaraties van treinkaartjes. ‘Super leuk.’ Nee, het begon natuurlijk als grapje, het was helemaal niet de bedoeling dat het zo serieus zou worden. Maar op gegeven moment hadden we door dat de naam best wel aansloeg. Dat was ook het enige, want het eerste bier was niet te pruimen. Maar tja, we hadden ons spaargeld erin gestopt… Dan komt ineens dat omslag punt.”
‘Het zijn drie dingen die
iets tot een succes kunnen maken…’
“Die trein kwam langs, je springt erop en je kunt niet meer terug. Je moet wel, dus hop die knop omzetten en gaan. Het zijn drie dingen die iets tot een succes kunnen maken. Het moet aanspreken, je naam en je verhaal. Dan moet het nog een beetje te pruimen zijn. Maar de derde is, dat het je gegund moet worden. Die andere twee die lul je wel weer recht. Maar of iemand je iets gunt en of ze voor je lopen, niet. Het is ellebogenwerk en dan moet je maar net mazzel hebben dat iemand zegt: joh, ik vind jou wel aardig. Maar goed, inmiddels hebben we de kwaliteit van onze bieren op orde en komt er wel exact uit wat we willen hebben.”
Heb je altijd al willen ondernemen, of …?
“Nee, niet altijd. Dat is iets wat de laatste twee, drie jaar is gekomen. Ik heb zelf altijd in de horeca gewerkt. Gehopt tussen cafés, clubs, achter de bar. En ik probeerde vaak niet binnen drie maanden ontslagen te worden… haha. Maar ik ben sinds twee jaar wel mee bezig met ideeën verzinnen. Ik heb stiekem zoveel ideeën, eigenlijk elke week wel een nieuwe.”
‘Verlies moet je snel nemen,
zei mijn opa altijd’
Wat is jullie grootste fuck up geweest tot nu toe?
“We hadden een batch die heette de Vuig Tuig; vijf gangsters met roze zonnebrillen. We hadden eerst een bier laten brouwen voordat we überhaupt hadden nagedacht over een karakter. Toen kwam de druk van we moeten binnen twee weken een karakter bedenken. En dat hebben we toen gedaan, maar dit bleek een bij elkaar geraapt zooitje en we merken dus dat dat voor geen meter verkoopt. Dat heeft ons wel veel geld gekost.”
‘Creativiteit kun je niet afdwingen’
“Dus we weten nu: je moet niet verplicht iets leuks moeten bedenken. Creativiteit kun je niet afdwingen. Je moet soms eerder in het proces je verlies nemen, dan krampachtig iets willen blijven proberen… Dat levert meer stress op en kost geld. ‘Verlies moet je snel nemen’, zei mijn opa altijd.”
Twee jaar geleden gestart en nu al bijna in elke Amsterdamse kroeg te vinden.
HOE DAN?
“Ja dus die drie pijlers. Daarnaast hebben we de meest populaire kroegen uitgekozen om proberen binnen te komen. Soort ‘cherry picking.’ En wat bij ons ook onwijs heeft geholpen, is de Lellebel. Dat is een wat toegankelijker bier en dat sloeg aan. Op die manier kwamen we een beetje in the picture. We kregen al snel meer naam en de truien waren ineens populair. Dat ging ineens erg snel in drie maanden tijd. En wat ons anders maakt, is dat we ons volledig focussen op het gevoel van het merk en niet op het bier. We zijn een bierbrouwerij maar hebben het eigenlijk nooit over bier. Dat is ondergeschikt. We maken gewoon bier. We spelen ook niet in op de kenners of fijnproevers. Bier = bier. Als er ergens zo veel aanbod van is zoals bijvoorbeeld auto’s, dan verschilt de motor wel iets van de ander, maar ze rijden allemaal op de snelweg. Dit brengt ook een bepaald idee met zich mee. We wilden het zichzelf laten verkopen. We doen daarom ook bewust weinig met reclame of social.”
Wat is eigenlijk persoonlijk jouw favoriete bakkie?
“Ik vind de Bullebak het lekkerst. Een mix van een Duitse Weizen en een Belgische trippel. Dat is eigenlijk ‘vloeken in de kerk’, maar we hebben het toch gedaan. Hij is hoog in alcohol; een vol biertje. Vet karakter. Maar zoals ik al zei, is er voor elke situatie een biertje.”
Jullie hebben het zo toch behoorlijk goed voor elkaar. What’s next?
“Ik denk dat wij niet per se internationaal hoeven te gaan. Daar ligt onze focus totaal niet. Maar het zou wel gaaf zijn om iets te kunnen exporteren. Of een eigen brew pub ooit; een plek met pop-up podium, waar je kunt eten en bier direct uit de tank kunt drinken. Op deze manier drink je het verst gebrouwen bier! Ik zie het dan als soort broedplaats voor ondernemers. Een episch centrumpje van bier, leuke dingen en muziek. Je kunt ook merk verbreding zoeken. Wat we bijvoorbeeld leuk zouden vinden, is dat je jezelf daar kunt vereeuwigen, door in onze stijl je naam op de muur te plakken of op een fles, en aan iemand geven. Als een soort gimmicks.”
‘Probeer van je 8 een 10
te maken en niet van je 4 een 6’
Wat is jouw tip voor ondernemers?
“Probeer van je 8 een 10 te maken – niet van je 4 een 6. Voorbeeld: ik had een keer een lezing van een hockeycoach en die zei: ‘ik had een hele goede spits; haar forehand was een 8, maar haar backhand was een 4, dus ik dacht we gaan van die backhand een 6 maken. Maar door veel te trainen met alleen de backhand, vergeet je de forehand. Terwijl als je alleen maar traint op die forehand, kun je die verder verbeteren. Kortom: focus je op waar je goed in bent – níet op wat je niet kunt of wat je niet bent. Schoenmaker blijf bij je leest. Wij hebben ook met onze truien zo vaak de vraag gekregen: moeten jullie niet een kledinglijn beginnen? Nee, dan ga je alles half doen. Onze focus ligt op bier brouwen. Je moet gewoon niet iets proberen te zijn, wat je niet bent.”